Inspiratie

Miniaturen en schaalmodellen

Vorig weekend heb ik een bouwpakket gemaakt van een book nook, een smal kamertje in een poppenhuis zeg maar, met daarin twee kastjes, een bureautje en een stoeltje. Deze is waarschijnlijk op schaal 1:18 als ik kijk naar de stoel, maar de bureauhoogte is eerder 1:16. De book nook is bedoeld voor tussen boeken in een boekenkast, zie een van onderstaande foto’s. Ik wist niet dat zoiets bestond en een collega vertelde erover en toen ben ik online gaan zoeken, heb een lijstje met favorieten gemaakt en mijn eerste bouwpakket gekocht. Het bouwen is heel fijn om te doen en als ik er nu naar kijk is het net alsof ik er zo binnen kan stappen. De sfeer van de kamer vond ik te donker dus ik heb behang toegevoegd en ’tapijt’ (fluweelpapier). Toen ik net even naar zolder moest voelde het ook alsof ik in het trappenhuis van een poppenhuis liep.

De voorliefde voor miniaturen zat er bij mij al vroeg in. Als kind had ik zelf geen poppenhuis, maar ik speelde graag met Lego en bouwde dan huizen, kerken, en een galjoen. Modeltreinen bijvoorbeeld vond ik veel minder leuk. Lego heb ik nog steeds en ik heb onlangs zelfs nog een set erbij gekocht. Enkele jaren geleden, zomer 2019, heb ik nog ons tuinhuis nagebouwd, op schaal, in lego. Daarnaast heb ik digitaal enkele gebouwen gebouwd, zoals de Amsterdamse Academische Club, Spui 10 in Amsterdam, Het Witte Huis in Rotterdam. Eigenlijk heb ik miniaturen altijd interessant gevonden. Ik heb bijvoorbeeld een tijdje een verzameling messing puntenslijpers gehad, dit begon met een kassa en een naaimachine, totdat ik dacht ‘ik moet hier mee ophouden voordat het uit de hand loopt’ en heb alles weggedaan. Verder heb ik een aantal Origami Architectuur kaarten ontworpen en gemaakt, allemaal op schaal aan de hand van originele bouwtekeningen. Ook hiervan staan nog een paar op mijn verlanglijstje. En in 2007 exposeerde in het Musée Cinéma & Miniature in Lyon.

Na het project van vorige week ben ik aan het nadenken over welke schaal ik wil uitproberen om zelf iets te bouwen. Ook heb ik enkele kunstprojecten in mijn hoofd zoals kleren of spullen die lijken alsof ze spullen zijn uit een poppenhuis, maar dan op ware grootte.

Een vergelijking van schalen:

1:12 standaard poppenhuis, one inch
1:18 book nook
1:24 half inch (ter vergelijking Madurodam is 1:25)
1:30 Lego tuinhuis
1:40 Lego minifiguurschaal
1:87 HO modeltreinen
1:240 OA pop-up kaarten Hotel American en Lego microscale gebouwen

Knipwerk of schaduwen in Plato’s Cave

Na het zien van een heftige film of een kunstwerk dat je aanspreekt ga je weer over tot de orde van de dag. De film heeft hetzelfde effect als de beelden op de wanden van Plato’s Cave. Voor een kunstwerk, en vooral knipwerk, geldt hetzelfde. De beelden interpreteer je heel even als de werkelijkheid, totdat je wegkijkt. Of je scrolt gewoon verder op sociale media, in je eigen wereld met het scherm van je telefoon als een moderne grotwand. Een knipwerk komt het dichtst in de buurt van de geproduceerde schaduwen. Aan de ene kant is het werk misschien veelzeggend, maar ook nietszeggend. Ik ben klaar met nietszeggend werk, ik kan me er niet toe zetten het te maken en als ik het al heb gemaakt werp ik het in hetzelfde vuur dat de schaduwen produceert. Door het voeden van het vuur houd ik de vicieuze cirkel in stand. Gaat kunst maken dan alleen om het maken? Doet het resultaat er nog toe?

Zentangle: een slim marketing concept

Een paar jaar geleden vroeg een kennis van mij die ook kunstenaar is of ik mee wilde doen met zenuari (zentangle januari). Blijkbaar is het een ding en er doen honderden of duizenden mensen aan mee, net als aan inktober (inkt oktober). De overeenkomst tussen beide evenementen is dat je elke dag van de maand een tekening maakt en deze online zet, vergezeld van de juiste hashtag. Het grote verschil is dat in inktober je kunt tekenen wat je maar wil, zolang het met inkt is. Maar in zenuari zijn er vaste ’tangles’ en voorwaardes aan de vorm en afmetingen van je papier.

Eigenlijk is zentangle simpel gezegd een vel papier vullen met verschillende patronen. Deze patronen kun je zelf bedenken, zoeken op Internet, of uit een boek halen. Ik heb hier in mijn atelier een boek in de kast staan met diverse Japanse motieven. Ik kan de komende jaren wel vooruit.

Binnen de zentangle community worden elke paar weken nieuwe tangles (patronen) gelanceerd en hoe je deze moet tekenen wordt alleen verteld aan de CZT’s. Dit zijn gecertificeerde zentangle instructeurs die zijn opgeleid door de ‘bedenkers’ van zentangle. Toen ik erover las bekroop mij een gevoel van een piramide systeem. Het enige dat de bedenkers hebben bedacht is een heel slim marketing systeem, het kapen en exclusief maken van een bestaand iets. Iedereen met pen en papier kan namelijk patronen tekenen, maar een echte ‘zentangle’ is met gegeven patronen, en door deze te doseren houden de bedenkers binding met de tekenaars, en met docenten die zij hebben opgeleid. Er zijn meerdere goede blogs over geschreven, ook over een kunstenaar die al veel eerder een vergelijkbaar systeem heeft bedacht.

Als ik dit doortrek naar bijvoorbeeld knipkunst, dan zou ik een bepaald papierformaat bedenken en vastleggen, leid mensen op tot creatief mindfulness docent en lanceer elke maand een thema of patroon. En wie ons naknipt zonder betaald aan een cursus mee te doen klaag ik dan aan. Maar ik vind het veel te fijn als iedereen vrijheid heeft om te maken wat ‘ie wil. Het werken met licenties vind ik echt laag bij de grond doorgeslagen kapitalisme. De rest van de maand teken ik lekker door, maar wel op mijn eigen manier, zonder regels.

Productie of pauze

Sommige kunstenaars produceren aan één stuk door en kunnen een aantal keer per jaar een expositie vullen met nieuw werk. Ik ben niet zo’n kunstenaar. Ik heb mij daar lang schuldig over gevoeld, of onzeker. Afgelopen lente las ik een gedicht van Amanda Gorman wat mij de ogen opende en zeker op mij van toepassing is. Vrij vertaald luidt de tekst als volgt:

Ik denk dat als ik terug zou kunnen in de tijd en mijzelf een tip mocht geven, dan zou ik herhalen dat mijn waarde als kunstenaar niet afhangt van hoeveel ik produceer. Ik denk dat dit idee is ingegeven door het kapitalisme. Een kunstenaar zijn gaat erom hoe en waarom je iemands leven raakt, al is het maar één persoon. Zelfs al is die ene persoon jijzelf, tijdens het proces van kunst creëren.

Misschien gaat het er ook om vooral werk te maken waar ik achter sta, of de uitkomst van een experiment. Ik houd niet van werk te maken waar ik niet achter sta alleen maar omdat anderen het graag willen zien. Ik raak liever een kleine groep mensen dan dat ik een grote groep mensen behaag. Soms raak ik ook alleen mijzelf, tijdens het experimenteren.